De grote vraag die voorligt is hoe het komt dat deze tekorten zijn ontstaan en wat we hier aan kunnen doen, en hoe we daarbij in zorgvuldig besluiten kunnen nemen die recht doen aan wat mensen nodig hebben. Heel belangrijk, en een gelukkig breed gedeelde opvatting in onze raad: wie zorg nodig heeft, moet die ook krijgen.
Inmiddels zijn er veel onderzoeken die erop wijzen dat de uitgangspunten van de decentralisaties, zoals dat er meer een beroep kan worden gedaan op de ‘eigen kracht’ van mensen, veel te optimistisch waren.
Zo meldt het SCP op 16 november: ‘De deelname van mensen met een beperking aan de samenleving is niet toegenomen, er zijn nog steeds knelpunten in de jeugdzorg en de kansen op werk voor mensen met een arbeidsbeperking zijn nauwelijks verbeterd.’ En ook: ‘De verwachtingen van het nieuwe beleid waren te hoog gespannen, bijvoorbeeld over de zelfredzaamheid van mensen en een zorgzamere samenleving. Gemeenten behalen nog geen betere resultaten dan het Rijk. De betrokken ministeries zijn nu aan zet om realistische doelen te stellen en regels beter op elkaar af stemmen.’
Financiële beheersbaarheid sociaal domein
Veel van de verwijzers die indicaties mogen stellen, bijvoorbeeld voor de jeugdzorg, zijn zogenaamde wettelijke verwijzers. Zij hebben de bevoegdheid indicaties te stellen, de gemeente moet dit betalen vanuit de zorgplicht die de gemeente heeft. Slechts een kleine dertig procent van de kosten komen voort uit indicaties waar de gemeente mogelijk wél invloed op heeft. Dit maakt ingrijpen ingewikkeld.
De gemeenteraad heeft allereerst op initiatief van onze fractie een verzoek gedaan aan onze rekenkamercommissie om te kijken naar de oorzaken en naar de door het college voorgestelde oplossingsrichtingen om grip te houden op de uitgaven in het sociaal domein. Deze motie is unaniem ingediend door de gehele raad en dus ook unaniem aangenomen. We hopen voor de zomer een rapport van de rekenkamercommissie te ontvangen. Ook is het college gevraagd zorgvuldig onderzoek te doen naar de redenen van de stijgende kosten. We hopen dat er tijdens de komende kabinetsformatie extra geld beschikbaar komt voor de zorg die geregeld wordt door de gemeenten. De verwachting is echter niet dat dit alle geldzorgen zal wegnemen…
Geld is belangrijk maar goede zorg en ondersteuning aan onze inwoners is nog belangrijker. De kwaliteit en de bereikbaarheid van de zorg moeten goed zijn. Ook dat is een breed gedragen opvatting binnen de gemeenteraad. De woordvoerders ‘sociaal domein’ hebben onderling gesproken over welke debatten er gevoerd moeten worden om ook ‘op de inhoud’ goed zicht te hebben en straks afgewogen besluiten te kunnen nemen. In het voorjaar zal er door de gemeenteraad veel worden gesproken over het sociaal domein.
Tekorten in de Wmo, Wmo-abonnementstarief
Een ander, kleiner, deel van de tekorten komt door oplopende uitgaven bij de Wmo. Oorzaak van dat laatste is mogelijk de invoering van het Wmo-abonnementstarief. Voorheen werd er een inkomensafhankelijke eigen bijdrage gevraagd binnen de Wmo, maar deze is vervangen door een vast en lager tarief. De bedoeling van de invoering van dit abonnementstarief was dat mensen meer gebruik gingen maken van de Wmo, we willen immers dat mensen langer thuis blijven wonen, letterlijk tot op hogere leeftijd maar ook met een grotere zorgbehoefte. De snel oplopende kosten van de eigen bijdrage had tot gevolg dat er veel mensen afzagen van hulp en ondersteuning. Ook de bureaucratie en de onzekerheid over de hoogte van de eigen bijdrage zorgden voor zorgmijding. Voor GroenLinks Haarlemmermeer is het feit dat er meer gebruik gemaakt wordt van hulp en ondersteuning dus niet zonder meer ‘negatief’. Het is goed mogelijk dat mensen die nu instromen daarmee goed geholpen worden, dat hun mantelzorgers worden ontlast en dat zij langer en met meer kwaliteit van leven thuis kunnen blijven wonen.
De gemeenten hebben gevraagd of het Rijk de hogere uitkomsten die het resultaat zijn van de invoering van deze maatregel structureel wil vergoeden, maar vooralsnog is daar geen sprake van.
GroenLinks Haarlemmermeer is net als veel andere fracties bezorgd over de stijgende uitgaven binnen de Wmo. Maar anders dan bijvoorbeeld de fracties van HAP en PvdA vinden wij niet dat de invoering van het Wmo-abonnementstarief teruggedraaid moet worden. Uit deze kamerbrief van 23 oktober blijkt namelijk welke groepen meer gebruik zijn gaan maken van met name hulp bij de huishouding: de inkomens tussen 20 en 40 duizend euro per jaar. Dit zijn bepaald niet de grootverdieners die ‘misbruik’ maken van voorzieningen die zij zelf zouden kunnen betalen, zoals de teneur is van de reacties van sommige van onze collega’s in onze gemeenteraad.